deel 2

Vioolbouwcursus deel 2, vioolonderdelen

Vioolbouwcursus deel 2.

Vioolonderdelen.

Een viool bestaat uit ongeveer 82 onderdelen.

Het aantal is afhankelijk van de manier waarop je de inleg maakt en/of het achterblad uit 1 of 2 delen bestaat..

Om al deze onderdelen te maken hebben we verschillende stukken hout nodig.

Het achterblad

Van esdoorn, het mooiste is het wanneer het in ieder geval redelijk gevlamd is, voor de klank is dit niet noodzakelijk, er zijn vele instrumenten met een glad tot licht gevlamd achterblad die heel goed klinken.

De hals en de zijkanten

Ook van esdoorn, voor een passend geheel is het naar mijn mening het mooist wanneer de hals en de zijkanten bijpassend zijn, d.w.z. dat de structuur er van zo dicht mogelijk bij die van het achterblad komt.

Het bovenblad

Van fichte (fijnspar). Belangrijk hierbij is de nerfstructuur, die dient zoveel mogelijk recht te zijn, geen noesten, de onderlinge afstand mag variëren van dicht bij elkaar ( fijn generfd) tot breder ongeveer 2,5 mm( grover generfd).

Nog breder generfd is mogelijk, maar ik zou dat alleen gebruiken wanneer dit hout een heldere , duidelijke klank heeft wanneer je er op klopt, ook kun je met je vingers over het blad strijken, als dit een heldere ritselende klank geeft kan het hout een goed vibrerend blad worden.

Naar mijn ervaring is het belangrijk dat de donkere nerven smal en duidelijk zijn, de snelheid waarmee trillingen zicht voortplanten in het fichte is dan het grootst.

De blokjes

Deze dienen van fichte te zijn, het liefst gespleten zodat je zeker bent van een rechte nerf.

Ook deze blokjes mogen niet “dof” klinken, net als het bovenblad.

De zangbalk en stapel

Ook van fichte, net als de blokjes.

De lijmranden

Deze dienen ter verbreding en dus versterking van de verbinding tussen de bladen en de zijkanten.

Ze mogen van wilg zijn, dit buigt gemakkelijker dan fichte en omdat ze zo’n 2 mm dik zijn is dat een voordeel.

De toets

De toets is meestal van ebbenhout, daar bestaan ook meerdere kwaliteiten van. Donkerbruine strepen kunnen voorkomen, ook in het betere, dichtere ebben.

In het algemeen kun je zeggen dat een fijne, dichte structuur het beste is voor een toets.

De voorkeur gaat dus uit naar een egaal zwarte toets, die als je hem polijst met fijn staalwol, een strak oppervlak heeft met een eiglans.

Ik koop mijn toetsen altijd voorgevormd, goed gedroogd , je komt dan geen verassingen tegen. Ruwe stukken ebbenhout kunnen af en toe vreemd reageren wanneer je ze openzaagt.

Het bruggetje en kielhoutje

Het is een kwestie van smaak, ik kies voor ebbenhout, maar je kunt ze ook van buxus, been, palissander of een andere dichte harde houtsoort maken.

De stemsleutels

Vroeger, in de tijd van Stradivarius werden deze bijna altijd van buxus gemaakt, net als de toets en het staartstuk.

Tegenwoordig kun je ze voorgevormd kopen in buxus, palissander en ebben. Meerdere modellen zijn verkrijgbaar.

Eindknopje en staartstuk.

Ook het eindknopje kan net als het staartstuk en de stemsleutels van verschillende soorten hout worden gemaakt, wederom een kwestie van smaak.

Naar mijn mening is het het mooist wanneer deze onderdelen qua uiterlijk op elkaar afgestemd worden.

Voor studieviolen adviseer ik een “wittner”staartstuk van kunststof met 4 ingebouwde fijnstemmers.

Professionele  instrumenten (en spelers) hebben meestal een houten staartstuk met 1 e-fijnstemmer.

Snaren

Hier komen we later op terug wanneer je kunstwerk er klaar voor is.

Houtpakket

Om je te helpen de juiste houtsoorten te vinden en te kiezen bied ik een compleet houtpakket aan.

Hier zit alles in wat je nodig hebt, behalve de lak en de snaren.

Pakket kwaliteit 3            € 383.00             dit is redelijk gevlamd esdoorn en ook redelijke fichte.

Pakket kwaliteit 2            € 476,00              mooier gevlamd esdoorn en fijner fichte.

Pakket kwaliteit 1            € 546,00              echt mooi gevlamd esdoorn en super kwaliteit fichte.

het "gevlamde achterblad en hals

de binnenkant van een Stradivarius model

Mal

Zoals eerder besproken, gebruiken we een model van Stradivarius uit 1710.

Het is ook mogelijk dat je je eigen model maakt, of een ander naar een voorbeeld dat je al hebt.

Het komt op hetzelfde neer, allereerst maken we van het model een sjabloon.

Dit sjabloon is de vorm van de viool die nog binnen de zijkanten valt.

Sjabloon voor mal

Je kunt deze sjabloon uitprinten en aan elkaar zetten.

Denk er om dat de basislijn recht doorloopt en dat de totale lengte ( ter controle) 34,5 cm is. 

Snij of knip de sjabloon uit, blijf binnen de lijn, en prik de twee gaatjes L en L door zoals aangegeven op de sjabloon. 

Neem nu een plaatje board of ander dun maar stevig materiaal, maten: 36 x 12 cm of groter.

Leg de sjabloon er op en zet met 2 spijkertjes door de gaatjes L en L de sjabloon vast op het plaatje.

Teken nu de vorm af op het plaatje. 

Zaag zorgvuldig de vorm uit, bedenk dat je binnen de lijn moet blijven, controleer met de papieren sjabloon.

De vorm die je nu hebt is bepalend voor de uiteindelijke vorm van de viool. 

Nu heb je nodig: een plaat multiplex of mdf  50 x 35 cm van 12 mm dik.

Teken een centrale lijn in de lengte van het plaatje.

Leg de sjabloon er op, zet deze vast door de gaatjes L en L met 2 spijkers van 30 mm lang en ongeveer 1,5 mm dik. Verwijder de kopjes.

Trek de vorm na op de plaat, gebruik een scherp potlood.

gaatjes L en L met 2 spijkers

spijker zonder kopje

Sjabloon op de pinnen

idem op de gespiegelde kant

Teken nu alle lijnen zoals op de foto’s te zien zijn, controleer alles.

Boor eerst de 20mm gaten aan de uiteinden van de sleuven. Zaag de sleuven uit met een decoupeerzaag of een figuurzaag.

Zaag nu de vorm. Probeer zo netjes mogelijk te zagen, ook de buitenkant kun je later gebruiken.

Belangrijk is dat je haaks zaagt, hiervoor kun je een goede decoupeerzaag of nog beter een lintzaag gebruiken. Heb je die niet, probeer dan dit te doen bij een kennis die een lintzaag heeft, misschien inspireert het deze kennis zodanig dat hij of zij met je mee wil doen 🙂

Werk alles haaks af ,controleer dit met een winkelhaak,  controleer de vorm nog eens met de sjabloon, nu ben je klaar voor het plaatsen van de blokjes, hierover de volgende keer meer , succes met het maken van de mal.